Verhalen

Aardige mensen die Vlielanders!

Op 10 oktober 1916 slaat in zwaar stormweer, de logger MA 93 wrak. De bemanning verlaat het schip in een roeiboot. Deze slaat ook lek en wordt gestopt met een trui, waarop een jongen zit. Al hozend komen ze roeiend aan op Vlieland en vinden het reddingshuisje. Met de daar aanwezige lichtpijlen weten ze de aandacht van de Vlielanders in het dorp te trekken...

In de plaatselijke krant de "Schakel" van Maassluis stond in 1966 een verhaal dat herinnerde aan de ramp met de logger MA 93 die in zwaar weer op 10 oktober 1916 verging op de Vliehorst. Jan Pein reageerde op het artikel en het volgende interview onstond.

De logger MA 93 was van Johannes Waarnaar die een touwslagerij aan de Weverskade had, de namen van de bemanning waren schipper Kees van der Snoek, stuurman Kees Breggerman, matroos Willem van Es, Arie en Cor van Es (zonen van Willem), oudste Dirk de Niet, matroos van 't Woud (schoonzoon van Dirk de Niet), Leen Kleppenburg, Cor van de Meyde, Jan Pein allen uit Maassluis, jongste Henk Drop uit Vlaardingen en dan nog een reepschieter en een afhouder uit Rotterdam waarvan de namen niet bekend zijn.

Lek gestoten

Toen we in zwaar stormweer op 10 oktober 1916 aan lager wal raakten bij Vlieland en het schip ging stoten, moesten we in de roeiboot. Na diverse pogingen kwamen we los van de MA 93, maar de roeiboot was lek gestoten en er zat een gat in de bodem, de schipper stopte er een trui in en daar moest een jongen op gaan zitten en de anderen maar hozen om het overslaande water weer overboord te krijgen. Ik (Jan Pein) en Leen Kloppenburg gingen aan de riemen en de schipper stuurde. Het was vliegend stormweer. Tijdens die tocht naar het strand dachten we het er niet levend af te brengen. In een flits zag ik mijn vader, moeder en al mijn broers en zusters aan me voor bij gaan. Toen de roeiboot ging stoten moesten we wadend door het water het strand zien te bereiken, een verschrikkelijke zware tocht, ik had alleen maar mijn ondergoed aan.

Redding

Gelukkig waren er in het reddingshuisje, dat we uiteindelijk vonden, kleding voor zes man en noodrantsoenen, ook wat cognac en materiaal om lichtseinen te geven. Die seinen zijn in het dorp Vlieland waargenomen, en enige tijd later kwam er een strandwagen met vier grote paarden bespannen ons halen, Op de bok, de burgemeester als koetsier een man met een baard die tot zijn buik reikte, Kupido heette hij. Vanuit het reddingshuisje dat op palen stond moesten we weg omdat het er omheen uitgekolkt was. Weer door het water en door elkaar een hand te geven kwamen we bij de wagen, waar we onder de aanwezige dekens kropen.

Vlielanders

Zo werden we naar het zeemanshuisje te Vlieland gebracht waar voor tien man slaapgelegenheid was, de schipper Klaas van der Snoek, ik (Jan Pein) en Henk Drop hebben bij de burgemeester thuis geslapen, 24 uur aan een stuk. We zijn reuze goed onthaald in het dorp, iedereen leefde met ons mee. We kregen allen nieuwe kleren, nieuw ondergoed, een blauwe trui, een groene pet en een mooie streepjesbroek zoals de ouderlingen dragen en leren instapschoenen. Twee dagen later, toen we wat uitgerust waren werden we met een kotter van het loodswezen naar een passagiersschip gebracht die daar op zee lag, een raderboot met de naam "Minister Kraas" (red. Kraus), deze bracht ons over de Zuiderzee naar Enkhuizen. Daar stond de gepensioneerde oud-havenmeester Tjebbes van Maassluis op de kade om ons te begroeten, hij was namelijk na zijn pensionering naar Enkhuizen verhuisd. Van daar gingen we op de trein naar Maassluis. Eenmaal moesten we nog een keer overstappen en wij trokken met onze kleding de aandacht op het perron. Er kwam een mijnheer naar ons toe en vroeg of wij weesjongens waren, toen hij hoorde wat we hadden meegemaakt kregen we allemaal een sigaar van hem. Twee dagen later trok Jan Pein ondanks de protesten van zijn moeder als opstapper met de loodsboot No 6 weer naar zee.

Anton van Doren uit Almere doet al twaalf jaar stamboomonderzoek naar zijn familie van Es Het bijzondere wil ook nog dat hij een nazaat is van Ipe Sijmons van Vlieland die trouwde in 1739 met Antje Roelfs van Ameland, maar dat heeft met dit verhaal niets te maken. Anton zou erg graag willen weten wie nog iets weet van bovenstaand verhaal, de burgemeester en Kupido. En helemaal mooi zou zijn als er nog een foto bestaat. Kees Stada, van wie we dit verhaal kregen, veronderstelt dat de burgemeester Jacob Molenaar van West-Terschelling is en dat er een tweede man was namelijk de Kinnumer (Terschelling) Cornelis Cupido, de logementhouder op Vlieland.

Logger zoals de MA 93.Logger zoals de MA 93 moet hebben gezeild. MA 93Flevo 1 later de MA 93, Johannes

 Terug naar de verhalenlijst